In een technisch correcte opbouw begin je steeds met het meest dampdichte materiaal aan de binnenzijde (warme zijde) en werk je naar buiten (koude zijde) toe steeds dampopener. Dit o.a. om uitdroging naar buiten toe te bevorderen.
Situatie 1 (Van binnen naar buiten: PU/dampopen isolatie)
Van binnen naar buiten toe komt eerst de PU isolatie (meest dampdichte materiaal) en daarna eventueel een dampopen isolatiemateriaal. Tussen de isolatielagen mag er zich geen luchtlaag bevinden.
Wanneer je onze isolatie met gasdichte bekleding gebruikt en de naden zorgvuldig afkleeft, kan deze ook onmiddellijk dienst doen als dampscherm. Let wel op een correcte aansluiting met de andere oppervlakken om een continu dampscherm te realiseren.
Een klassiek voorbeeld van een dergelijke opbouw is een hellend dak met kepers en gordingen. Hier wordt flexibele, dampopen isolatie tussen de kepers geplaatst en worden PU isolatieplaten tussen de gordingen geplaatst.
Opgelet, bij vochtige ruimtes raden we steeds een apart dampscherm aan.
Situatie 2 (van binnen naar buiten: dampopen isolatie / PU
Het is ook mogelijk om het dampopen materiaal aan de binnenzijde van de PU isolatie te plaatsen, maar dan dien je rekening te houden met enkele aandachtspunten:
- Om vochtproblemen door inwendige condensatie te vermijden, moet de isolatiewaarde van de PU isolatie minimum 1,5 keer de isolatiewaarde van de dampopen isolatie bedragen.
- Om het voorgaande te vermijden kan een apart dampscherm aangebracht worden aan de binnenzijde (= warme zijde) van de dampopen vezelachtige isolatie.