Blog
25.05.2023

Isoleren met minimale milieubelasting

Duurzaamheid in de bouw ging lange tijd vrijwel uitsluitend over energiebesparing. De focus is echter langzaam aan het verschuiven, waarbij steeds meer gekeken wordt naar de milieubelasting van het gebruikte materiaal. Meer materiaal is meer milieubelasting is een te simpele redernering. Dus is het nu zoeken naar de juiste balans tussen energiebesparing, opwekking van duurzame energie, de mate van isolatie en materiaalgebruik. Waar ligt die balans en wat is de beste keuze?

Een image van bouwvakkers

Recent ontstond plotseling een stevige discussie over de milieu-impact van de warmtepomp. De warmtepomp is onmisbaar in de huidige energieconcepten op basis van laagtemperatuurverwarming. In combinatie met een goed geïsoleerde schil zorgt de warmtepomp voor een zeer energiezuinige (ofwel lage milieu last) verwarming en eventueel koeling. Maar ineens werd de warmtepomp aangewezen als een enorme milieuvervuilende component vanwege met name het gebruikte koudemiddel waarmee de warmte wordt opgewekt. 

Over de feitelijke data van de milieubelasting van een warmtepomp is het laatste woord nog niet gezegd. Maar het is wel een discussie die steeds vaker gevoerd zal worden: wat is het feitelijke milieueffect van een installatie- of bouwcomponent gerekend over de gehele levensduur? Is de energiebesparing, dus de lagere milieulast gedurende de gehele gebruiksfase aanzienlijker lager dan de productie van het apparaat tegenover enig ander alternatief (gasgestookte CV) dan is de balans duidelijk.  

Opwekking duurzame energie

Dat geldt ook voor de opwekking van duurzame energie. Bij Bijna Energie Neutrale Gebouwen (die dus voldoet aan de BENG-normering) is de eerste stap om het energieverbruik te beperken maar is het ook verplicht om een groot deel van de alsnog benodigde energie duurzaam op te wekken. Dat kan bijvoorbeeld met zonnecollectoren voor warm water en met PV-panelen voor elektriciteit. Maar ook zonnecollectoren en PV-panelen hebben bij hun productie en aan het einde van hun levensduur een milieu-impact. De productie kost energie, er zijn grondstoffen nodig en er is transport nodig van grondstoffen naar de fabriek en vanaf de fabriek naar de bouwplaats. En aan het einde van de levensduur worden de componenten afgedankt. Deels kunnen ze worden gerecycled, maar met name voor PV-panelen is er nog een traject te gaan om dat mogelijk te maken.

Isolerende maatregelen

Rondom isolerende maatregelen, zowel in nieuwbouw als renovatie, kunnen de zelfde vragen worden gesteld. Betere isolatie zorgt voor besparing op energie. Het is zelfs onmisbaar om over te gaan naar gasloze concepten met laagtemperatuurverwarming. Sowieso is energiebesparing absolute noodzaak om de uitstoot van CO2 te beperken en die binnen de grenzen van het Klimaatakkoord te houden. Niettemin moeten ook isolatiematerialen geproduceerd worden. Daar zijn grondstoffen en energie en transport voor nodig, wat een impact heeft op het milieu.

Milieu Prestatie Gebouwen

De discussie over milieukosten en -baten wordt mede ingegeven door de verplichte berekening van de MilieuPrestatie Gebouwen. Bij een vergunningsaanvraag voor nieuwbouw van woningen en kantoren van 100 m2 of meer moet een MPG-berekening worden gemaakt. Daarvoor worden van alle gebouwcomponenten de zogenaamde milieuschaduwkosten berekend. Dit zijn de kosten die gemaakt zouden moeten worden om de schade aan het milieu ongedaan te maken. De berekening van deze kosten wordt gebaseerd op de gegevens in de Nationale Milieu Database. Het totaal van de schaduwkosten wordt gedeeld door het oppervlak van de woning of het gebouw en vervolgens nog eens door de gebruiksduur. Voor een woning wordt gerekend met een levensduur van 75 jaar. Dat sommige componenten minder lang mee gaan en tussentijds vervangen moet worden, is in de berekeningsmethode meegenomen.

Voor woningbouw mogen de schaduwkosten maximaal 0,8 euro per m2 BVO (=bruto vloer oppervlakte) per jaar bedragen. Een aanscherping naar 0,5 en verder komt er aan. Dan wordt het echt nodig om te kijken naar materiaalgebruik voor zowel casco als afbouw en installatiecomponenten.

Balans BENG en MPG

In het kader van duurzaamheid hebben we dus te maken met het vinden van de juiste balans tussen enerzijds energiebesparing en duurzame opwekking en anderzijds materiaalgebruik. In regelgeving gaat het dan om BENG voor het energieverbruik en MPG voor het materiaalgebruik. Zo lang de eis voor de MPG nog op 0,8 ligt, is er in de praktijk niet echt een probleem. Bij aanscherping van die eis wordt het echter steeds meer zoeken naar de juiste oplossingen. Welke keuzes zijn dan nodig en zijn eigenlijk dus nu al verstandig?

Op initiatief van de Nederlandse Isolatie Industrie is een whitepaper genaamd: ''Integrale milieu- en energieprestaties van nieuwbouwwoningen'' uitgegeven, over hoe duurzaam bouwen in elkaar zit en welke invloed energie- en materiaalgebruik hebben op de milieuprestatie van nieuwbouwwoningen. Voor twee standaard hoekwoningen – één met hellend dak en één met plat dak – is de MPG berekend. Opvallende uitkomst is dat meer dan 50% van de milieubelasting van de materialen wordt veroorzaakt door de installaties. De warmtepomp en met name de PV-panelen hebben daar grote invloed op. Daar valt dan dus ook de meeste winst te behalen als het gaat om beperking van de milieubelasting van materialen. Ging het apparaat maar langer mee kun je denken dat zou al een enorme milieu winst zijn.

Optimale isolatie als beste uitgangspunt

Bij het zoeken naar de optimale keuze is voor de twee hoekwoningen gebruik gemaakt van de MEPG: de Milieu- en Energieprestatie van Gebouwen. Dit is een gecombineerde berekening van energie- en milieueffecten je zou kunnen zeggen een mix van de BENG en de MPG. De woningen zijn doorgerekend in twee varianten: een woning met isolatiewaardes volgens Bouwbesluit (RC 3,7 voor de vloer, 4,7 voor de gevel en 6,3 voor het dak) en een woning die volgens de Trias Energetica voorzien is van veel betere isolatie (RC van 5,0 voor de vloer, 6,5 voor de gevel en 8,0 voor het dak).

Overduidelijke uitkomst is dat de optimaler geïsoleerde woningen een veel betere score laten zien. Dat komt vooral doordat er minder PV-panelen nodig zijn voor dezelfde energieprestatie. De milieu-impact van de benodigde extra isolatie is vele malen minder dan de bespaarde impact van de PV-panelen. De optimaler geïsoleerde woning is daarbij ook nog eens veel eenvoudiger helemaal energieneutraal te maken.

Isolatie met lage milieubelasting

Voor het milieu is maximaal isoleren veelal de beste keuze, zowel met het oog op energiebesparing als op milieubelasting door materialen. Niettemin is er ook daarin nog volop keuze, want welk isolatiemateriaal is dan de beste keuze?

Aan de berekening van de MPG liggen de gegevens in de Nationaal Milieu Database ten grondslag. PIR-isolatie heeft daarin een gunstige score. De hoge lambdawaarde (warmtegeleidingscoëfficiënt) en het lage gewicht van PIR beperken het materiaalgebruik en de transportkosten en ook het energieverbruik bij de productie is gunstig ten opzicht van andere isolatiematerialen.

Doordat PIR een hoogwaardig isolatiemateriaal is, blijft het isolatiepakket relatief dun. Dat geeft bij een goede detaillering  meer bruikbaar vloeroppervlak bij hetzelfde bouwvolume. Dat is niet alleen gunstig voor de bewoners, maar ook voor de berekening van de milieu-impact per vierkante meter. De levensduur van PIR is ook nog eens minstens net zo lang dan het gebouw of woning.

De branche heeft datagegevens van PIR aangeleverd voor de Nationale Milieu Database, zodat gerekend kan worden met de zogenaamde categorie 2 gegevens de gemiddelde waarden van de sector. Die zijn betrouwbaar zeker tov  de algemene gegevens uit categorie 3 die ook een ‘boetetoeslag’ krijgen. Bij veel referentie details zijn bij Recticel ook de gunstige psi-waarden bekend (warmte verliezen aan de buitenkant bij de overgang van constructie delen) wat het makkelijk rekenen maakt.  Daarnaast beschikt Recticel Insulation over het PEFC-certificaat voor meerlaagse cacheringen. En onze nieuwe Impact heeft zelfs 43% minder CO2 uitstoot! 

Tot slot is PIR een isolatiemateriaal dat goed ‘losmaakbaar’ is aan het eind van de levensduur van een gebouw. Dat is met name van invloed op de herbruikbaarheid van het materiaal. Dat telt nu nog weinig mee in de MPG-score, maar is wel van invloed op de circulariteit die steeds belangrijker wordt.

Conclusie

Wie goed wil doen voor het milieu vanuit zowel oogpunt van energie als materialen, kiest dus voor maximale isolatiewaardes in een woning of ander gebouw. Een van de beste keuzes  voor het isolatiemateriaal is PIR, dat zich leent voor slanke en lichtgewicht oplossingen met optimale isolatiewaarde en minimaal materiaalgebruik.

 

Contact

Meer weten over de duurzame keuzes in isolatiematerialen? Neem contact op met onze customer service of met de verkoopadviseur van jouw rayon.

Contact opnemen arrow_forward

Is dit ook interessant voor jou?

  • Blog
    06.03.2023
    Klaar voor de hybride warmtepomp?

    Woningeigenaren zijn vanaf 2026 verplicht om bij ketelvervanging minimaal een hybride warmtepomp te installeren. Maar hoe zorg je dat de woning daar klaar voor is?

  • Blog
    13.10.2022
    BENG is als het minimumloon

    Sinds vorig jaar bouwen we in Nederland volgens de BENG-eisen: bijna energie neutrale gebouwen. We denken dat we daarmee goed bezig zijn, maar wat is het verschil tussen  ‘bijna’ en ‘helemaal niet’? Lees deze blog voor meer informatie over de BENG norm en wat onze Recticel Expert adviseert!

  • Blog
    03.04.2023
    PIR een duurzame keuze

    Recticel Insulation is een fabrikant van isolatiemateriaal dat voldoet aan de eisen voor een milieuvriendelijke levenscyclusanalyse (LCA). Het materiaal heeft een lage lambdawaarde (λ-waarde), het energiegebruik voor productie is lager dan veel andere soorten isolatie, het is slanker en kost minder materiaal, heeft een lange levenscyclus, is vochtbestendig, waterafstotend en losmaakbaar. Daarnaast scoort het hoog op de ladder van circulariteit, voldoet het aan de BREEAM-NL nieuwbouw en renovatie-eisen en Recticel heeft het PEFC-certificaat. Nieuw geintroduceerd is de Recticel Impact lijn: isolatieplaten met 43% minder CO2 uitstoot! Isolatieproducten met 43% minder CO2 uitstoot! kortom Recticel Insulation is een duurzame keuze! Lees verder.